RSS

Lissie – Catching A Tiger

Als je met brandend verlangen uitkijkt naar een cd en je hooggespannen verwachtingen uiteindelijk niet uitkomen, ligt dat dan aan degene die de plaat heeft opgenomen of aan jezelf? Of is het een combinatie van beide? Toen de Amerikaanse zangvogel Lissie vorig jaar haar voortreffelijke EP Why You Runnin’ op de wereld losliet, was ik aangenaam getroffen door haar unieke stem en haar sublieme eigen songs. Ik hoorde echo’s van countrygrootheden als Patsy Cline, Loretta Lynn, Patti Page, maar ook van hedendaagse muzikanten als Neko Case en (zij het heel vaag) de jonge Tom Waits.

Amper een half jaar na deze openbaring zit Catching A Tiger, Lissie’s eerste volwaardige album, in de cd-speler en na enkele draaibeurten moet ik met spijt in het hart vaststellen dat het plaatje niet bepaald meevalt. Niet dat het allemaal kommer en kwel is, maar waar Lissie op haar glorieuze EP nog een geslaagde cross-over serveerde van altcountry, folk, gospel en soul, kiest ze onder leiding van producers Jacquire King (Kings Of Leon, Norah Jones) en Bill Reynolds (Avett Brothers, Courtney Jaye) resoluut voor wat stevigere elektrische folkrock met lichtvoetige popaccenten.

In de dartele openingssong Record Collector zijn de reggae-invloeden onmiskenbaar aanwezig en krijgt Lissie’s stem de voorrang die ze verdient. Meteen daarna gaat het echter goed fout met het niemendalletje When I’m Alone, een nummer dat schrikbarend veel lijkt op Run Too Fast van Janis Ian, godbetert. In Sleep is in hetzelfde bedje ziek: een nummer dat angstvallig het midden van de weg volgt zodat hopelijk niemand zich eraan stoort. Wat een misvatting van de eerste orde is.

Catching A Tiger begint pas écht met Bully, het soort song dat Lissie het podium biedt waarop ze vocaal kan gloriëren. Gelukkig staat er nog een handvol van dergelijke songs op dit album, zoals Everywhere I Go, Little Lovin’ en Oh Mississippi (niet toevallig drie songs die ook op Why You Runnin’ staan), en ook het jazzy Needle Starts To Fall of het absoluut geweldige This Much I Know. Telkens songs waarin Lissie’s heerlijke stem centraal staat en de heren producers hun hinderlijke ego’s in bedwang weten te houden. Want in de andere songs maken ze er een potje van, met een vulllertje hier en een overbodige gitaarsolo daar.

En net daarin schuilt de belangrijkste reden van mijn teleurstelling: de ordinaire kruideniersmentaliteit van King en Reynolds. Mag het een ietsje meer zijn? Nee, liever niet, verdomme. Minder was namelijk méér geweest en had allicht geleid tot een veel betere plaat dan het ietwat slappe mainstream album dat Catching A Tiger uiteindelijk is geworden. Een oorspronkelijk talent als Lissie verdient een beter lot. Hopelijk ziet de producer van haar volgende cd dat wél in.

www.lissie.com

www.myspace.com/lissiemusic


Comments are closed.