Amy LaVere heeft het de voorbije vier jaar behoorlijk druk gehad. Ze bracht het fraaie break-up album Stranger Me uit, speelde in de uitstekende rootsband The Gathering, acteerde in drie films, dweilde de zalen van de VS af en werkte mee aan platen van onder andere Luther Dickinson, Jim Lauderdale, Todd Snider en Sid Selvidge. Tussen al die drukte door vond ze ook nog genoeg ruimte om een stel songs te schrijven waarvan er acht (en een bescheiden instrumentale reprise) en drie covers werden behouden voor Runaway’s Diary. Voor dat album deed ze een beroep op wapenbroeder Luther Dickinson, die in het verleden al meermaals heeft laten horen dat hij niet enkel als muzikant maar ook als producer over een goed stel oren beschikt. Naast Dickinson geven ook gitarist Will Sexton, drummers Sharde Thomas en Shawn Zorn, Tim Regan (toetsen) en Jim Sparke (sax) het beste van zichzelf.
Wat LaVere met Townes Van Zandts Where I Lead Me, Lennons How en Ned Millers Dark Moon doet is behalve respectvol ook een bewijs van haar klasse. Maar wat ze met haar eigen nummers doet, is soms zeer indrukwekkend. Runaway’s Diary is een soort conceptalbum – niet schrikken, vooral blijven lezen! – waarin LaVere, zoals dat in films gebeurt, een losse intepretatie geeft van wat er werkelijk is gebeurd: “I really did run away from home, if only for a few days, and parts of this song diary come from those honest emotions and true events. But I wanted these songs to flow like good film, like my daydreams do, so I took a storyteller’s liberty here and there.” De sterkte van dit album is dat elk afzonderlijk nummer kaarsrecht overeind blijft staan. Het spaarzaam ingeklede Rabbit, gebaseerd op het leven van Seasick Steve, heeft een lekker wiegende shuffle. Self Made Orphan, een vrolijk klinkende song over een gebroken liefde, is op en top rockabilly met een heerlijke vette bas en drum. In Lousy Pretender blijkt dat de wat meisjesachtige stem van LaVere nog steeds harten doet smelten. Nee, ik ben nog steeds geen groot liefhebber van conceptalbums. Tenzij ze uit dit soort losse pols komen.