Het uit het Engelse Cornwall afkomstige trio Wille and the Bandits timmert zo’n zeven jaar aan de weg met een gedreven urgentie en een grondig opgebouwde live-reputatie. Noeste, gepassioneerde arbeiders die voortdurend onderweg zijn en zich in het zweet werken op het podium met de volumeknop wijd open. Muziek die verdomd goed in elkaar zit, lekker knalt, vibreert, dampt en stoomt. Bij deze drie Britten loopt het dan ook niet dun door de broek als zij het voorprogramma verzorgen van bands als Deep Purple, Status Quo of Joe Butler trio. Het in eigen beheer uitgebrachte “Steal”, het vierde album van Wille and the Bandits laat simpelweg een indruk achter van onversneden, onweerstaanbare en goedgeschreven bluesrock met een venijnige twang en een vleug funk. Recht in je mik gedouwd en met akoestische en elektrische instrumenten in je oren gespoten. Bij vlagen wordt de lawaaimuur even dichtgedaan. Denk aan de muziek van Cream, Jimmy Henrix en de vroege Stones, die in een blender is gegooid. Geen producersmuziek of bloedeloos gekunsteldheid, maar heerlijk rauw en ongepolijst. Live in de studio opgenomen op een ouderwetse bandrecorder. Een van de hoogtepunten van “Steal” is het openingsnummer Miles Away. In combinatie met Willie Edwards’ schuurpapieren stemgeluid, gortdroge beats, uitstekend slide gitaarspel en de bijdragen op het hammondorgel van Deep Purple’s Don Airey.
willieandthebandits.com
26-05: Boerderij, Zoetermeer
(Johan Schoenmakers)