Van het grote publiek heeft de Amerikaanse groep The Grateful Dead het label hippieband opgeplakt gekregen. Gezien de urenlange jams waarmee ze hun concerten tot avondvullende gebeurtenissen lieten uitlopen, is dat niet zo vreemd. Voor de harde kern van hun fans (Deadheads genaamd) is de groep de afgelopen vijftig jaar echter een baken van muzikaliteit gebleken die de basis vormt voor een generaties overspannende reputatie als de best bezochte liveact uit de geschiedenis van de popmuziek. Dat de groep ook onder de collega-musici kan rekenen op fans uit vele stijlgebieden, bleek uit de vele positieve reacties die de tweelingbroers Aaron & Bryce Dessner van de groep The National kregen na hun oproep mee te werken aan een project dat gewijd is aan het repertoire van The Grateful Dead. Met 59 liedjes is dat uitgemond in een ruim zes uur omvattend muzikaal feest dat een goede afspiegeling vormt van de vele muzikale facetten waaruit het erfgoed van deze Westkustgroep is opgebouwd.

Acts als The Flaming Lips en Daniel Rossen en The National hebben zich met verve gestort op uitgesponnen liedjes als Dark Star en Terrapin Station waaraan The Dead hun reputatie van hippieband te danken hebben. Dat de groep ook qua productie van goed in het gehoor liggende liedjes volslagen uniek is, blijkt uit de vele fraaie covers die de projectdeelnemers uit hun uitgebreide oeuvre hebben geput. Mijn persoonlijke voorkeur gaat voor dit moment uit naar de fraaie bluegrassvertolking van Help On The Way van banjogrootmeester Béla Fleck. Maar ook Box Of Rain van Kurt Vile, Mountains Of The Moon van Lee Ranaldo, Brown-Eyed Women van Hiss Golden Messenger en de swingende uitvoeringen van Shakedown Street door Unknown Mortal Orchestra en New Speedway Boogie van Courtney Barnett bevallen me uitstekend. Ongetwijfeld zal ik na een aantal draaibeurten daar nog een flink aantal liedjes aan toevoegen, want ik kan voorlopig nog wel even vooruit met deze omvangrijke huldeblijk aan het adres van een van Amerika’s meest inventieve en oorspronkelijke groepen.

(Koos Gijsman)